maandag 2 december 2013

Enkele vragen na les 5 (bre(e)d(er) evalueren.)

1. Welke elementen zijn nieuw?

Dat de huidige lkr op een rapport altijd de kennisreproductie zal toetsen, men gaat niet zien hoe vaardig een lln is. Als lkr moet je ruimte laten om andere dingen, de vaardigheid van een lln, in het rapport te steken. Hiervoor moet natuurlijk de verwachtingen van de ouders gaan veranderen want ze gaan enkel kijken naar de punten op het rapport (ze zitten in dit patroon). Terwijl dit niet altijd een goede weergave is van het kunnen van het kind. Een eerste stap om een goed rapport weer te geven is door altijd te observeren en van daaruit je conclusies trekken.

De evaluatie moet niet alleen op het einde van de leerstof geëvalueerd worden. Het is belangrijk om ook tijdens het proces te evalueren, zo zie je ook welke leerlingen mee zijn en welke niet. Doordat dit te weinig gedaan wordt, zorg je ervoor dat leerlingen niet mee zijn met de leerstof en op het einde dus slechte punten halen. Dat heeft dan weer gevolgen op de volgende leerstof, zo zitten we in een vicieuze cirkel waar de leerling niet meer uit geraakt.

EDO: educatie duurzame ontwikkeling:
4 principes: kennis opdoen, systeemdenken bevorderen, aandacht voor waardeontwikkeling en emoties en actiegericht
2. Welke elementen kan je linken aan kennis en vaardigheden die je reeds bezit?

Dat lkr te vaak kennis gaan toetsen en dat ze dus niet naar de vaardigheden van lln gaan zien.

Duurzame ontwikkeling is belangrijk, we moeten zien dat de volgende generatie ook nog kan leven op aarde. Duurzame energie is gebruik maken van dingen die nooit opraken, zoals de zon: zonne-energie.

3. Wat leer/leerde je uit de opdrachten?

Breder evalueren: We kunnen niet meteen breed gaan evalueren maar als je altijd 1 ding erbij doet  dan kom je uiteindelijk wel op het resultaat dat je wil bekomen:

- Kijken naar verschillende ontwikkelingsdomeinen, niet enkel naar schoolse vakken.  --> leergebied overschrijdende doelen stellen in je lesvoorbereiding.
- Kijken naar verschillende evaluatievormen.  --> Niet enkel een kennistoets.
- Kijken naar de motivatie van het kind.  --> Zo gaan we de lln meer stimuleren om iets te studeren.
- Kijken naar levensechte situaties.
- Laat lln zelf evaluatiecriteria en evaluatievragen opstellen.
        o Zonder kennisvragen op te stellen.
- Permanent evalueren.
- Het proces evalueren  --> een goed proces geeft een goed product weer. Volgens mij is dit toch het doel van elke leerkracht!?

 --> Aangezien niet elke leerling hetzelfde leert moeten we naar elk individu gaan zien, zo inspelen op de noden van het kind en er dus voor zorgen dat de betrokkenheid hoog is. Als dat niet is moet je alternatieven gaan zoeken om dit wel te krijgen. (Creëren van een positieve sfeer, vertrekken vanuit de leefomgeving.)
Heel veel informatie heb ik gehaald uit het boek ‘breed evalueren’ van Ludo Heylen.

4. Welke sterke punten kan je inzetten?

Doordat ik voor een positief leer en leefklimaat zorg, houd ik er rekening mee dat mijn betrokkenheid altijd hoog is.

5. Welke leervragen roept dit op? 

Kunnen we van dit patroon afstappen?
Is dit breed evalueren (niet de afzonderlijke delen) haalbaar?
Ik begrijp dat je dit probeert in je eigen klas, dat jij van het patroon afstapt maar stappen de lkr van het volgende jaar ook van dit patroon? Want als dit niet is, hoe zit het dan met het volgende jaar?
Als elke lln een aparte begeleiding en motivatie nodig heeft stel ik me de vraag hoe je dit in de praktijk gaat toepassen?

Wat ik zeker mee neem naar de volgende stage is dat we kritischer moeten gaan kijken naar evalueren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten